chirurgie
Oorcorrectie
HET BEHANDELTRAJECT
DE VOORBEREIDING
Tijdens de eerste afspraak bekijkt de chirurg je gezicht en bespreekt de mogelijkheden. Ook zal de chirurg vragen stellen over je algemene gezondheid, medische achtergrond en medicijngebruik. Gebruik je medicijnen? Neem dan een recente medicatielijst mee. In overleg met de arts staak je zonodig met medicijngebruik.
Na het intakegesprek met de arts heb je een gesprek met de consulente. Ze zal je informatie geven over hoe het traject eruit zal gaan zien, informeren over de nazorg, de kosten en de tijdsplanning. De consulent is je contactpersoon en zal je door het gehele traject begeleiden.
DE BEHANDELING
Op de dag van de behandeling meld je je bij de balie. Daar controleren we nog een keer jouw gegevens. Klopt het allemaal, dan zal de verpleegkundige je verder begeleiden. De verpleegkundige brengt je naar de behandelkamer en geeft je de laatste informatie over de ingreep.
Na de ingreep word je naar een ruimte gebracht om rustig bij te komen. Als je je goed voelt en de arts of verpleegkundige het verantwoord vindt, mag je weer naar huis. Je hoofd wordt in een tulbandverband gestoken waarna je zonder problemen naar huis kunt.
HERSTEL EN NAZORG
Behalve de eerste paar dagen heb je nauwelijks last van de operatie. Wel kunnen je oren de eerste 2 weken gezwollen en gevoelloos zijn. Dit is volkomen normaal en verdwijnt vrijwel altijd vanzelf. In het begin draag je overdag een haarband om de oren in een goede positie tegen het hoofd te houden. De eerste 3 weken draag je de haarband, ook ’s nachts.
De eerste week na de operatie zul je rustig aan moeten doen en de eerste 6 weken na de operatie mag je niet sporten.
Na de operatie houd je achter het oor een klein litteken over. Littekens achter de oren hebben de neiging om langer dan op andere plaatsen rood en stug te blijven. Uiteindelijk worden ze altijd huidskleurig en soepel. Er blijft een minimaal lijntje over, dat in de natuurlijke plooi van het oor valt.
De kans op complicaties bij een oorcorrectie is uiterst klein. Zoals bij iedere dubbelzijdige ingreep is absolute symmetrie niet te garanderen. In enkele gevallen komt het voor dat het oor na enige tijd terug klapt en weer af gaat staan. Het kraakbeen is elastisch en laat zich niet altijd in een andere stand dwingen. Dan is een nieuwe ingreep nodig om het kraakbeen in de juiste stand vast te zetten. Dit is vaak voldoende voor een mooi en blijvend resultaat.
HET BEHANDELTRAJECT
Hoewel de meeste ooroperaties bij kinderen tussen de tien en vijftien jaar plaatsvinden, kunnen je oren ook op latere leeftijd nog goed worden gecorrigeerd.
DE VOORBEREIDING
Een operatie aan je oren is niet iets dat je zomaar beslist. Tijdens je intake gesprek neemt de chirurg daarom alle tijd voor je. De chirurg geeft onder andere uitleg over de ingreep, de mogelijke risico’s en de nazorg. Daarna bespreek je met je consulente alle praktische zaken.
Tijdens de eerste afspraak bekijkt de chirurg je gezicht en bespreekt de mogelijkheden. Ook zal de chirurg vragen stellen over je algemene gezondheid, medische achtergrond en medicijngebruik. Gebruik je medicijnen? Neem dan een recente medicatielijst mee. In overleg met de arts staak je zonodig met medicijngebruik.
Na het intakegesprek met de arts heb je een gesprek met de consulente. Ze zal je informatie geven over hoe het traject eruit zal gaan zien, informeren over de nazorg, de kosten en de tijdsplanning. De consulent is je contactpersoon en zal je door het gehele traject begeleiden.
DE BEHANDELING
Je hebt je goed voorbereid en besloten een oorcorrectie uit te voeren. De ingreep zelf duurt een uur, maar ook ervoor en erna ben je in goede handen.
Op de dag van de behandeling meld je je bij de balie. Daar controleren we nog een keer jouw gegevens. Klopt het allemaal, dan zal de verpleegkundige je verder begeleiden. De verpleegkundige brengt je naar de behandelkamer en geeft je de laatste informatie over de ingreep.
Na de ingreep word je naar een ruimte gebracht om rustig bij te komen. Als je je goed voelt en de arts of verpleegkundige het verantwoord vindt, mag je weer naar huis. Je hoofd wordt in een tulbandverband gestoken waarna je zonder problemen naar huis kunt.
HERSTEL EN NAZORG
Eén week na de operatie worden de hechtingen verwijderd. Gelukkig vinden de meeste mensen het ongemak na de ingreep erg meevallen. Toch is het belangrijk om de volgende leefregels in acht te nemen.
Behalve de eerste paar dagen heb je nauwelijks last van de operatie. Wel kunnen je oren de eerste 2 weken gezwollen en gevoelloos zijn. Dit is volkomen normaal en verdwijnt vrijwel altijd vanzelf. In het begin draag je overdag een haarband om de oren in een goede positie tegen het hoofd te houden. De eerste 3 weken draag je de haarband, ook ’s nachts.
De eerste week na de operatie zul je rustig aan moeten doen en de eerste 6 weken na de operatie mag je niet sporten.
Na de operatie houd je achter het oor een klein litteken over. Littekens achter de oren hebben de neiging om langer dan op andere plaatsen rood en stug te blijven. Uiteindelijk worden ze altijd huidskleurig en soepel. Er blijft een minimaal lijntje over, dat in de natuurlijke plooi van het oor valt.
De kans op complicaties bij een oorcorrectie is uiterst klein. Zoals bij iedere dubbelzijdige ingreep is absolute symmetrie niet te garanderen. In enkele gevallen komt het voor dat het oor na enige tijd terug klapt en weer af gaat staan. Het kraakbeen is elastisch en laat zich niet altijd in een andere stand dwingen. Dan is een nieuwe ingreep nodig om het kraakbeen in de juiste stand vast te zetten. Dit is vaak voldoende voor een mooi en blijvend resultaat.
Afspraak maken?
Boek uw afspraak online of bel. Onze Enhance Clinic specialisten helpen u graag!
Afspraak maken